Makkie.reismee.nl

Laatste etappe

Ben weer thuis!

Zacht Gras

Waar was ik gebleven? In Mostar, Bosnie& Herzegovina. Daar waar ze de, tijdens de oorlog gebombardeerde, brug weer opgebouwd hebben en er een toeristische attraktie van gemaakt hebben. Echt bijzonder is het niet. Je struikelt er over de souvenirshops en anders glij je wel uit omdat de brug spekglad is. Verderzijn derestantenvan de oorlog nog welzichtbaar. Gebouwen metkogelgaten en begraafplaatsen waaralleen het jaartal 1993 voorkomt.Maar het meesttastbare bewijs vind je in Kroatie. Twee dagen lang fiets ik alleen maar langs mijnenvelden. Dorpjes die geheel verlatenzijn. Huizen die verwoesten ingestort zijnen steeds weer die borden die duidelijk maken dat wildkamperen hier niet echt een optie is.

De kust van Kroatie is de moeite waard. Al is het erg heet. 's Nachts wil het ook niet echt afkoelen dus van echt lekker slapen komt het niet. Tevens is mijn zelfopblaasbare slaapmatje niet meer instaat zichzelf op te blazen. Het is zo erg dat ik em zelf moet opblazenendat na een uur alle lucht er wel weer uit is. En de campings hier hebben geen mooie vlakke graszoden maar voornamelijk hobbelige schuinestenenruimtes waar je je tent mag neerzetten. En vind maar eens een winkel waar ze dit soort attributenverkopen. Niet in Kroatie, niet in Slovenie.

Mijn plan was om via Istrie Italie binnen te rijden en aldaar vanpizza's en pastate genieten. Maar op de dag dat ik die poging wil ondernemen blijken er geen boten naar Istrie te gaan, tenzij ik een eeuwigheid omrij. Via de eilanden Krk en Rab kom ik met bootjes uiteindelijk in de buurt van Reijka vanwaar ik Slovenie in rij. Had geen enkele verwachting van dit land maar het istop. Namaandenlang geenbos meer te hebben gezien met loofbomenis hetvanaf het moment dat jehet land binnenrijdt groen. Alleen maar bossen en zacht, fris, groen gras. De Soca Vallei is geweldig. Je volgt 90 km lang een groen blauwe rivier door een heel smal dal. Af en toe een klein dorpje en met enige mazzel tref ik een camping in Kanal. Meer dan 5 tenten staan er niet.Goedvoor een rustdag. Ook hier hebbenze een brug over het water. Nietzo bekend als die in Mostar maar ook deze geniet enige bekendheidomdat de week ervoor de wereldkampioenschappen van-een-hoge-brug-af-duiken gehouden zijn. 17 Meter vanaf de brug en nog een torentje erboven op die nog 6 meter hoger is.

Als je de mogelijkheid hebt moet je erafspringen. De hele ochtend heb ikernaar zitten staren. Voor de veiligheid maar eerst gewacht tot ik er iemand vanaf zag springen. Vanuit ervaring weet ik dat dat verstandig is. Rond het middaguur er maar heen gehobbeld en naar beneden gekeken. Het is echt hoog. Volgens mij moet het een aardige knal gegeven hebben want ikzag enige mensen watzorgelijk kijken. Had zelf ook niet het idee dat ik een hoog cijfer van de jurie zou krijgen. Plat op m'n reet!! Hoe het kan weet ik niet. Maar weggezwommen en gedaan of er niets aan de hand was want dat gun je de mensen niet.Verderop maar eens rustig een halfuur in het koude water gezeten in de hoop datdat eventuele zwellingen zou tegengaan. M'n hele lichaam gemangeld. Noem het een whipl-ass. Stijf als een plank en een paar nachten vrij slecht geslapen.Anderhalve week met vollediggeel-paars-blauwe bovenbenen rondgelopen. Maar ik ben er vanaf gesprongen. Had ik dat niet gedaan dan haddat langer dwarsgezeten!

Met fietsen echter geen last en dus vertokken voor de eerste Alpenrit door het Traglivski NP.Eenetappe met een beklimming van de buitencategorie. Ik weet niet hoeveel haarspeldbochten met stijgingspercentages van 14%brengen me naar 1611 meter. Het uitzicht isgeweldig. Bovenop snel een truitje aan en dan heerlijk afdalen en genieten vanalle fietsers die pashalverwege zijn en nognaar de topmoeten.Zij mogen echter niet klagen wantzij hebben geen minimaal 25 kg bagage mee te slepen.

Voor ik het weet ben ik in Oostenrijk.Hier pak ik nog twee alpenpassen die tot zo'n 1800 meter gaan. En eigenlijk heb ik dezwaarste klimmen dan wel gehad. Vele bekende wintersportplaatsen liggen in de buurt. Waaronder eerst Villach, eindelijk weer patat met worsten. Later Bischofshofen, waar ik verstandig de Salzach stroomafwaarts fiets ipv opwaarts. Ik zit in het Salzburgerland en er zijn weer fietspaden. Salzburg is ongetwijfeld een prachtige stad maar ik struikel over de gidsen met vlaggetjes in hun hand en een microfoon in de andere, een horde toeristen achter zich aan hobbelent. Snel doorgefietstnadat de outdoor specialist me wist te vertellen dat ze ook hier geen slaapmatjes verkopen.

Er is een leuk fietspad tussen de Konigsee en de Bodensee, zo'n 500 km schat ik. En als je lekker wilt fietsen over goede rustige paden en wegen dan ga je naar Duitsland! Aan de linkerkant van me de Alpen waar ik steeds net niet overheen moet en aan de rechterkant glooiend landschap met bossen en landbouw. Kleine dorpjes met als het meezit een 'Nah un Gut' voor de dagelijkse boodschappen. Mannen die hier nog in echte Lederhosen lopen. En heel veel meren. Kortom, ideaal om te fietsen. Zeker als je 's avonds een kneuterige camping treft.Het liefst bij een boerderij, met alle ruimte om je tentje in het groenezachte gras tezetten.Met watvaste campinggasten, een kleine kantine waar je een schnitzel met patat en pullen bier kunt bestellen en waar je opzaterdagavond live Bayern - Wolfsburg kunt kijken. Honderd keer beter dan die mega campings met restaurants en zwembaden waar ze je iPod jatten omdat je hem even wilt opladen in het toilletgebouw.

Het weer is ondertussen wel iets veranderd. Het is niet meer standaard zonnig en warm. De laaste paar dagen heeft het tamelijk veel geregend.Flinke onweersbuien en windstoten.Heeft er zelfs toe geleid dat ik voor het eerst inbijna een maand weer eens op een echt bed sliep, in een Gasthof in Oberstaufen. Eigen douche en toillet, tevee. Maar de vooruitzichten lijken weer goed. Na het weekend gaat de zon weer volop schijnen dus kan ik rustig de Rijn af gaan fietsen. Geen haast duslangzaam, heel langzaamrichting Nederlandkoersen.

Back on Track

Turkije, Griekenland, Albanie

De zwarte zeekust heb ik dus per bus verlatennaar Izmir en vanaf daar ben ik naar Cesme gefietst. Mijn fiets moest half uit elkaar, de bagage-man was niet al te blij, maar mijn fiets heeft het overleefd. Om nog even van de turkse gastvrijheid te genieten sta ik 4 nachten op dezelfde camping aan het strand. Veel steltde campingniet voor maar het voldoet aan mijn eisen.Plaatsmijn tent precies tussen de families in en succes verzekerd. 's Ochtends thee, 's middags een flesje koud water, 's avond rijst met bonen en voor het slapen gaan nog zoet gebak. Als ik meer wil hoef ik maar te wenken. Niet dat ik er al te goed slaap. Uiteraard is het stikheet en in het weekend blijkt half Izmir hier naar het strand te komen; de hele nacht komen er auto's, bussen en vrachtwagens vol met families de camping op. Bbq aan en de muziek. Mijn tent is omringt met koelboxen, plastic zakken met eten endekens en matjes, waarop iedereen ligt te pitten.

Op de camping kom ik ook twee zwitserse fietsers tegen die vanuit Iran zijn vertrokken enook naar Griekenland gaan. Dat heb ik ookmaar besloten te doen zodat ik weer de goede richting op ga. Gezamelijk boeken we een ticket en vertrekken naar Athene. Na een nachtje slapen op het dek komen we in de haven van Pireas aan. Door de stad gefietst, camping Athene gevonden, tent opgezet, bus gepakt, Acropolis bezocht en de volgende dag vroeg de stad weer verlaten. Prachtige route langs alleen maar kust zonder al te veel bergen. Goede wegen in Griekenland! In 4 dagen fietsen we 500 km en ben ik aan de andere kant van het land, bij de grens metAlbanie.Tijd om het land te verlaten. Griekenland is eenschitterend land maar tot nu toe ben ik nog niet zulke onvriendelijke, ongastvrije mensen tegengekomen. Ik weet dat ik verwend ben met de Turken maar dit is echt niet normaal. Overal word je afgesnauwd ennegeren mensen je als je netjes iets vraagt. Misschien iets te veel toeristen? Aldus staan we 's nachts om 02:00 uur op. Tent inpakken en een half uur later in de haven van Igoumenitsa een bootticket naar Curfu gekocht en bij aankomst meteen een ticket naar Saranda in Albanie. Om 10.00 uur 's ochtends zijn we in Albanie. Dit is de snelste manier om de grens over te komen.En wat denk je?In Albanie zijn de mensen weer allervriendelijkst enbehulpzaam.

Door Albanie fiets ik samen met mijn zwitserse fietsvriendin. De ander is per boot naar Italie vertrokken. Je moet wat kilometers maken maar dan vind je ze wel! En wat een feest. Ik sta op tijd op,eet fruit en yoghurt, geef veel minder geld uit, plan waar we de volgende dag heenfietsen en gatijdig slapen.Ik moet dan ook wel hard fietsen, want als fietskoeriertrapt ze behoorlijk door. De kust is behoorlijk bergachtig en de eerste twee dagen zijn erg zwaar, met onder andere een bergpas, vanaf het strand naar 1050 meter hoog, via 15 km klimmenmet haarspeldbochten en uitzicht over zee.Maar niet nadat we eerst een goede daad verricht hebben. Ik hoorde iemand schreeuwen en gillen langs de kant van de weg en dacht dat het een of andere dronken debiel was. Het bleek een herder te zijn die zijn geit uit de waterafvoer langs de weg wilde bevrijden. Het zijn een soort putten van zeker anderhalve meter diep. Maar ze zaten er samen in konder er niet meer uit. Ben er ook maar ingesprongen en heb de geit bij z'n achterpoten gepakt en eruit geduwd. Daarna zelferuitgeklommen en de man eruit getrokken. Geen idee hoe langze er al in zaten. Maar hij was wel blij datwe ze beidebevrijd hebben.

We fietsen nog steeds in een behoorlijk tempo en fietsen minimaal 100 km per dag. De laaste twee dagen zijn saai. Het is vlak en we fietsen over een drukke lelijke snelweg. Maar bij de grens met Montenegro wordt het weer mooier en en komen we weer bij de kust. Vanaf Bar, de naam is leuker dan de stad, fiets ik alleen verder. Heb m'n fietstassen gereorganiseerd, vergeet per ongeluk een broek en jack in het hotel en gooi 4 kg aan schoenen en boeken op de post naar Nederland.

Montenegro, Bosnie Herzegovina

Opa, 80 jaar oud en herder van beroep, laat de geiten nog maar eens een wandelingetje maken. Oma, zoon, tante, kleinkinderen en achterkleinkinderen zitten buiten voor het huis. Het is zondag en de familie is op bezoek. Binnen 10 minuten heb ik twee glazen cola, twee stukken taart en een kop koffie op. De jongste kleinzoon studeert en spreekt redelijk engels. Na een uur begint het te regenen. Nadat de bui over is wil ik verder fietsen maar ik word geacht het rustig aan te doen. Het loopt inmiddels tegen het einde van de middag. De volgende bui komt niet lang daarna. En dus schuilen we in huis van opa en oma. De tv, radio, koelkast en kachel stammen uit een ander tijdperk. Een tafel met een plastic tafellaken met daarop een schaal met bananen en appels. Verder een vitrinekast met een paar foto's en een oud bankstel met disney print. De ruimte is 5 bij 3 meter met ernaast nog een klein slaapvertek. Stromend water is er niet en het toillet is buiten naast het hok van de vier varkens. De geiten slapen naast het huis. Het is uiteraard geen probleem als ik vraag of ik mijn tent beneden naast de groentetuin mag zetten. Er is in geen velden of wegen een hotel of pension. Het avondeten bestaat uit brood, kaas, worst, vlees en yoghurt. De mannen eten eerst, de vrouwen volgen. Het huis ernaast van detante is niet anders maar heeft wel een kleuren tv. Iedereen blijft slapen. Mijn tent blijft ingepakt, de fiets gaat in de schuur en ik mag op de bank slapen. Geheel tegen mijn verwachting in val ik meteen in slaap en word pas de volgende ochtend wakker. Nog een ontbijtje, koffie en een glaasje sherry brandy (alcoholvrij) en nadat ik iedereen bedankt heb kan ik weer verder fietsen. Dat gebeurt er dus als je vraagt of je links- of rechtsaf moet.

De omgeving is sprookjesachtig. Ik fiets door de bergen van Montenegro over een klein weggetje. De nevel hangt nog over het dal. Af en toe kom je een auto of een dorpje, bestaande uit zes huizen tegen. Meer is er niet. Eigenlijk was het vooral in het begin veel klimmen maar als je eenmaal op de juiste hoogte bent blijft het redelijk vlak. Je ziet alleen bomen, rotsen en bergen. Nadat ik deze vallei verlaten heb en weer even in de bewoonde wereld ben volgt de volgende. Ik passeer ondertussen de grens met Bosnie Herzegovina en fiets aan de rechterkant langs een berg met links van me een groen dal. Het lijkt net een groot voetbalveld. Lokaal geld heb ik niet maar ik kan bij een cafeetje met euro's betalen. Aan het eind van de dag heb ik het wel gehad met het fietsen. Ik zoek een mooi plekkie achter wat bomen tegen een berg aan, zet m'n tent op, kook pasta en ga slapen. Je hoort echt helemaal niets, behalve de krekels en vogels. Ik sta op 500 meter hoogte en voor het eerst in weken is het 's nachts koel. Als het net licht is pak ik in en fiets de laaste 50 km naar Mostar. Voor twee nachten weer een echt bed, alle vuile was uitgespoeld en morgen een rustdag.

Elke dag Kebab

Wat moet je over Istanbul zeggen? Goed voor een bezoek aan de kapper en de was is weer gedaan.Het is even wennen aan de drukte. Ook aan het slapen in een hostel. Het is niet al te best maar wel goedkoop. Met z'n twaalven op een kamer, chaotisch,slecht geregeld, geen privacy maar wel gezellig. En de lokatiemaakt veel goed. Vanaf het dakterras kijk ik op de Ayasofya en aan de andere kant over zee. Veel door de stad gelopen en een van de beroemdemoskeen (de blauwe, die is gratis) bezocht. Met twee andere jongens Büyükada bezocht. Een van de Princes'eilanden in de zee van Marmarawaar geen auto's rijden. Alles gaat met de paardenkoets. Het is heerlijk rustig en de zee is er schoon dus duiken we er vanaf de rotsen in.

Ondertussen houd de vraag me bezig hoe ik deze stad uit moet komen. Zie het niet echt zitten door Istanbul te crossen en denk eraan een boot te nemenom ver buiten Istanbul te geraken. Maar met mijn chinese fietsvriend uit het hostel besluiten we het er toch op te wagen, de fiets te pakkenen voor de mooisteroute te gaan;de brug over de Bosporus, alis ons verteld dat het niet mogelijk is en alleen toegankelijk is voor gemotoriseerd verkeer.Aldus belanden we na veel omwegen op de snelweg en worden we inderdaad aan het begin van de brug door drie agenten tegengehouden. We mogen niet verder, te gevaarlijk. Maar we doen zielig en leggen uit dat terugfietsen tegen het verkeer in veel gevaarlijker is. Er wordt gebeld, we moeten wachten, praten over Frank Rijkaard en Pierre van Hooydonken na een half uurfietsen we onder begeleiding van een motoragent de brug over Azie in!

?k fiets alleen verder, zo ver mogelijk langs de Bosporus en nameer dan een halve dag ben ik de stad uit. Via allerlijweggetjes, kleine dorpjes en veel heuvelsbereik ik uiteindelijk bij Sile de Zwarte Zee. ?k vind ergens een camping waar ikweer eens in mijn tent kan slapen.Zeul ik dat ding tenminste niet voor niets elke dagmee. 's Avonds komen deeigenaren nog even een matras brengen.De volgende dag komik niet vooruit. Ik fiets langs de kust over een kleine weg met alleen maar bergen. En de hellingen zijn zo steil dat ik regelmatignaar de kleinste versnelling moet schakelen.Na 45 km zitik stuk en ik heb geen idee hoever het nog naar het volgende dorp is. Maar ik tref een camping met restaurant en besluit het erbij te laten.Ik heb trek in eenkoude Efesmaar dat hebben ze natuurlijk niet.Als eten hebben ze alleen nogeen tosti en daarmee is mijn doelstelling om elke dag minimaal een keer kebab te eten tenietgedaan. (Mocht het gemiddeld een keer per dag zijn dan is de score positief)Maarik duik in de zee, geniet van de ondergaande zon en slaap prima.

Vijf minuten na vetrek kom ik de volgende ochtend in Agwa, het dorpdat ik de dag ervoor in gedachten had; Restaurants, supermarkt, hotels en koud bier...Ik fiets nu over een grotere weg met perfect asfalt,weinig verkeer en minder steile hellingen. De omgeving mag er zijn. Bovenop de hellingen houd ik steeds uitzicht op zee. Toch schiet het niet echtop. Na de lunch wordik in het volgende dorp, 10 km verderop, door een man en jongen aangesproken enbezoek ik, omdat ze dat graag willen, de lokale bibliotheek waar de man werkt, drink ik koffie en bespreekallevoetbalclubs en spelers. Je wilt niet onbeleefd zijn dus je neemt de tijd, al slaik het eten over.Het kost me een uur maarhet is wel leuk. Handen schudden, mijn wegenkaart is met plakbandjes behandeld door de man enis weer als nieuw. Ik krijg nog een fles water mee voor onderweg. Een half uur later kom ik bezweetop een bergbij een theehuis langs de weg met alle mannen uit het dorp die zitten te praten, spelletjes doen of gewoon zitten te zitten.Ik moet stoppen. Na tweekoppen thee, een hele uitleg watik doe, waarom ik alleen fiets, waar ik vandaan kom en waarik heen gamagik verder.Het laatste stuk gaat lekker en is vrij vlak, al moet ik mijn gekregen fles water opofferen en naar een hond z'n kopsmijten diezeker200 meter blaffend naast me rent. Ik ben geen fan van de beestjes. Meestal zijn ze te lui om me achterna te gaan en soms ben ik blij als ik er een op straat zie liggen die aangereden en dood blijkt te zijn.

Meneer Sabri behandelt me als een koning. Hij maakt ontbijt voor me, zet thee en zorgt dat ik niets te kort kom. Hij is al wat ouder, heeft een grote snor, rookt als een ketter en heeft elke dag hetzelfde hemd aan. Als hij mij ziet brult hij steeds hard mijn naam. Hij is de eigenaar van de 'camping', een hutje en een stukje gras met wat bankjes. Ondanks dat er vrijwel niets te doen valt, heeft hij nog drie jongens en een meisje in dienst. Die vegen het terras aan, bedienen de paar vaste klanten die op het strand camperen en blazen elke dag de zwembandjes op die ze vervolgens aan een spijkertje naast de zwembroeken hangen. Dat er een tourist uit Holland is gaat als een lopend vuurtje. Ik kom niets te kort. BBQ-en op het strand met de Turken, drank en wat ik maar nodig heb wordt geregeld. Ik mag zelf niets betalen, dat wordt resoluut geweigerd. Ik ben te gast.Ze praten tegen me alsof ik alles versta, maar ik versta er helemaal niets van. Na twee nachten op het strandje van Göbü gaik 's ochtends weer verder. Maar niet nadat ik eerst ontbeten (hygiene moet je hier met tweekorrels zout nemen)thee gedronken en iedereen bedankt heb. En dus is het pas 12:00 uur voor ik vertrek.

Het eerste stuk gaat vrij voortvarend. Een weg langs de rotskust met mooie vergezichten, strandjes en dorpjes. Vervolgens een stuk landinwaarts richting Bartin. En vanaf daar is het nog maar 15 km naar Amasra. Ik denk dat ik nog nooit zolang over 15 km heb gedaan en dat ik nog nooit zo stuk gezeten heb. Om de 300 meter moet ik stoppen om water te drinken en uit te rusten. Het gaat recht omhoog en het is stikheet. Steeds denk ik dat ik het hoogste punt bereikt heb en dan blijkt er weer een weg omhoog te zijn. Aan support geen gebrek. Somsis het net of ik de Alped'Huez op fiets. Getoeter, geschreeuw uit auto's en mensen langs de kant van de weg die zwaaien.Meer dan twee uur later ben ik op de top en zie ik Amasra beneden aan zee liggen. Het ligt in een baai tussen de rotsen en oogt pittoresque. Om 19:30 ben ik beneden en zie dat het nog 29 graden is. Het eerste hotel dat nog plek heeft wordt geboekt, wat het kost maakt me echt helemaal niets meeruit. het enige waar ik aan denk zijn een douche en een bed.

Turkije is echt een briljant vakantieland. Als fietsland is het wellichtiets minder geschikt, tenzij je masochistisch bent ingesteld. De planning was eigenlijk om vanaf Amasra naar Sinop te rijden. De weg langs de kust moetindrukwekkend zijn. Ikdenk dat ik wel weetwatdat betekent en trek mijn conclusies. Het is de laatste dagen een dag op en een dag af en dan nog is het bijna niet uit te houden. Het is heet en vochtig. Ik hou de Zwarte Zee kust voor gezien en ga eens nadenken waar ik heen zal gaan. Geen idee of mijn fiets meemag in de bus. Ik hoop het van harte want anders weet ik wat me morgen, of overmorgen, de eerste paar uur staat te wachten. Niet echt iets om naar uit te kijken. Eerst nog even genieten van Amasra, want dat maakt een heleboel goed!

Chisinau, Odessa > Istanboel

Moldavie

Soms hoop je stiekem dat het allemaal wat langer duurt dan verwacht bij de douane, vanwege corrupte praktijken en onnozele formaliteitenvan douane beambten. Doet het altijd goed bij terugkomst.Maar niets is minder waar. Bij de grensovergang bij Sucleni van Roemenie naar Moldavie word ik door een aardige engels-sprekende dame opgewacht die mijn paspoort controleert. Mijn bagage wordt door een vloeiend frans-sprekende beambte uitgevoerd. Vooral boeken en papieren vindt hij interessant om in te kijken.Na een half uurtje oponthoud rij ik weer een nieuw landin. Meteen neem ik een afsnijroute. Nog even nagevraagd bijeen paar lokalejongens of het kan. Ja, het kan, alwordt wel duidelijk gemaakt dat hethobbelig en heuvelachtig is. Maar het scheelt 20 km over de normale weg, dus is de keuze snel gemaakt.
Na 100 meter houdt het asfalt er mee op en is het alleen een zandweg met kuilen en geulen.Er zijnallemaal zijpadennaar gehuchten maar het wordt me niet duidelijk wat nu de goede richting is.De huizen zijner niet bijster luxe uit en dat is nog zacht uitgedrukt.Ik heb geen idee welke kant ik op moet.Aan verkeersborden doen ze buiten de grote wegen niet. Ik vraag het nogmaals na aan drie ouderemannen. Mijn literfles cola achterop m'n fiets die van m'n laastste paar Roemeense Lei heb gekochtvinden ze, buiten mijn fiets en mijzelf,enorm interessant ennadat ze alledrie een paar slokken op hebben en we uitgebreid handen geschut hebben zit ik weer op de goede route. Twee dorpjes en een onweersbui verderis mijn asfnijroute succesvol, al betwijfel ik of ik er tijd mee gewonnen heb.

Datwaren zo ongeveerde enige dorpjes die ik inMoldavie gezien heb. De infrastructuur is dermate slecht dat het gewoon zinloos is om van dedoorgaande wegen af te haken. Verder liggen dorpjes nooit langs de grote wegen maar altijd een paar kilometer ernaast. Dat maakt het fietsen in Moldavie behoorlijk saai. Glooiend landschap metalleen maar graanvelden en wijnranken. Mensen kom ik bijna niet tegen. Aangezien ik nergens onderweg kan pinnen, je amper winkels ziet, laat staan een hotel, fiets ik in een ruk door naar Chisinau, de hoofdstad.Na een rit van 150 km kom ik 's avonds in de stad aan. En het valt meteen op. Alleen maar dikke Mercedessen,BMW's en Audi's. Het liefst zo groot mogelijk, zwart met geblindeerde ramen, en hard rijdend. Macho's achter het stuur. Uiteraard alleen voor de happy few.Als je hier geld hebt koop jeeerst een vette auto om te patseren. Hoe ze aan het geld komen laat zich raden. Moldavie is het armste land van Europa en waarschijnlijk ook een van de meest corrupte.

Chisinau is eigenlijk best een leuke stad voor eendagje. Het centrum draait om een bredeboulevard, met allesjieke winkels en overheidsgebouwen. Kan me goed indenken dat ze hierin het communistische tijdperkprachtige parades hebben opgevoerd. Er zijntwee aardige parkjes met bankjes, terrassen, restaurantsenveel schaduw waar de patsers en chicshun geld uitgeven. En de lokale markt is altijdgoed omte bekijkenenonduidelijke snacks te kopen. Toeristisch is Moldavie niet en ikkan me ook niet voorstellen dat het ooit toeristisch wordt.Mijn hotel is overigens redelijk.Bij binnenkomst ziet er prachtig uit, er lopen veel mensen rond en het oogt modern.Ze zijn echter vergeten de hotelkamers ook op te knappen. In ieder geval de zesde etage. Mijn kamerheeft wederomeenjaren 70 uiterlijk met groen bloemetjes behang en oud donkerhouten meubilair. Ik ga het steeds meer waarderen.Als ik's avonds met de lift naar boven ga komt er nog snel een personeelslid mee en vraagt of ik nog interesse heb in een paar leuke dames.

Oekraine

Nanog anderhalve dag door dit saaie land te fietsen kom ik bij de grens met Oekraine. (Dit moet via een omweg omdathet oosten van Moldavie opstandig is en onafhankelijk wil zijnvan Moldavie.Transnistrie heefteen eigen regering, geld, en grenzen enhet wordt afgeraden daar de grens over te gaan. Waarschijnijk lukt dat geeneens) Het is enorm heet en ik moet direct naar de paspoort controle. Eerst een half uur in de verkeerde rij gestaan, enbehoorlijk bot door een eikel van een douaniernaar de goede rij gestuurd. Dit keer kon ik het echt niet weten. Er stond niets aangegeven. Alleen dat het omkopen van douane beambten een strafbaar feit is.In de volgende rijeen uurtje gewacht omdat er twee bussen voor me zitten met elk 50 personen van wie de paspoorten gecheckt moeten worden. Maarals ook dat afgehandeldis kan ik weer verder.Ik heb geen idee hoever het nog is naar Odessa maar ik schat nog zo'n 50 km. Wederom geen pinautomaten onderweg en ik heb ook geen water meer. De weg is afschuwelijk druk en ze rijden hier werkelijk als debielen. Regelmatigwordt ik de berm ingedrukt omdat een of andere malloot een onmogelijke inhaalmanoevre geplandheeft die ik uiteraard niet voorzien heb.

Eindelijkzie ik een bord met Odessa 17 km en behoorlijk uitgeput rij ik de stad in. Geen idee waar ik heen moetdus ik fiets maar op goed gevoel. Straatnamen staan allemaal in het cyrillisch geschreven en dat is niet tebegrijpen.Laat staan dat ik een plattegrond heb. Na weer een paar keer gevraagd te hebben kom ik in iets wat het centrum lijkt en nog wat later kom ik bij het hotel dat ik in gedachten had. Het is immens groot en in een heel oud gebouw met marmeren vloeren en kamers met hoge plafonds. Ooit moet het heel mooi geweest zijn. Ikboek de goedkoopste kamermet gedeelde douche en toillet.De douche heb ik nooit gevonden en het toillet was erbarmelijk. Maar douchen doe je in zee en voor overige zaken kun je altijd wel een restaurant (met tvop het toillet!) en anders een Mc Donalds (altijd goed sanitair) vinden.Na 4000 km fietsen heb ik in ieder geval aan de Zwarte Zee beland. Missie geslaagd!
Odessa maakt de laatste saaie dagen weer volledig goed.De stad heeft alles. Zon,toeristen, glamour, zee, strand, eten, drinken.'s Ochtends uitslapen en 's middags naar het strand, op zo'n bedje met een muziekje en een boek. 'sAvonds eten en op het terras, of netals de Oekrainers met flessen drank op een bankjein een park. De vuilnisbakken puilen uit van de legeflessen maar zijn de volgende ochtend weer leeg. Genoeg mensen die nog watcenten verdienen met het afval van anderen. De mensen verdienen hier niet veel, zitten de hele dag naast een paar koelkasten om drankjes te verkopen, verkopen zelfgeplukte bloemen of fruit en groenten langs de kant van de weg. De weegschaal doet het ook goed. Maarhet centrum van Odessa is gezellig en met een zeebriesje niet al te heet.

Odessa > Istanboel

Ondertussen ben ik weer volledig op gewicht na het vele,veelal vette, eten en drinken. Bij de haven hebik een reis geboekt. Varna in Bulgarije was het doel maar dat blijkt opeens niet meer te kunnen. Verder fietsen in de Oekrainebeschouw ik alszelfmoord en waarschijnlijk de eerste paar 100 km. saai. En dus blijft Istanboel over. Ik heb eigenlijk geen idee wat ik geboekt heb. Eenbed op een vierpersoons kamer. Maar of er eten en drinken bijzit weet ik niet. Het is ook niet na te vragen aangezien de mevrouw achter de balie geen engels spreekt.Mijn verwachtingen zijn dan ook niet al te hoog.
Na 5 nachten in Odessa stap ik 's avonds op de boot. Hij is niet al te grooten er zijnzo'n 80 medepassagiers. Veelal Russen en Turken maar in ieder geval vier westerlingen zodat ik eindelijk weer eens een normaal gesprek kan voeren. Er is een Australisch stel dat in de Oekraine een oude militaire zijspan uit WW2 gekocht heeft. Om die de grens over te krijgen hebben ze echt iedereen, tot aan de kapitein moeten omkopen.Met een verglootglas keken ze naar stempels van de officiele dokumenten en registratie nummers. Zolang er niet betaaldwordt is het vals en krijg je het de grens niet over.

Maar de boot valt enorm mee. Mijn kamer is klein maar in ieder geval een normaal bed.Ik heb twee kamergenoten, al weet ik nog steeds niet waar ze vandaan komen. In iedfer geval niet uit Nederland. Maaltijden zijn inclusief, al is het eten niet exclusief. Ik kanzowaar nazes dagen een warme douche nemen en het is gezellig met de andere gasten. Ik heb vrienden gemaakt met oa. een paar turkse jongens. We kopen een fles wodka enhebben een leuke avond in de 'Disco'.
Overdag is er eigenlijk niets te beleven op de boot. Het uitzicht is overal gelijk. Zee en zon, verder niets. Maar dat is ook wel lekker. Je hoeft niets, en als je iets zou willen dan kan het niet.
Vanochtend om 06.00 uur met zonsopgangbij de Bosporus aangekomen. Het is fantastisch om zo, met nog wat dolfijnen om de boot heen, Istanboel binnen te varen. De doaune doet niet moeilijk en vrij snel sta ik in Istanboel. Ik had gehoord dat ik richting Ayasofya moest fietsen dus dat heb ik gedaan. Leuk verkeer hier ook. Weetniet wat erger is,Turkije ofOekraine. Maar al vrij snel ben ik waar ik moet zijn en heb ik een goedkoop hostel gevonden op een centrale plek. Ik heb in geen tijden zoveel toeristen gezien en iedereen spreekt engels.

Eerst maar eens een kaart van Turkije kopenen bedenken hoe ikdeze stad uitkom zonderoverhoop gereden te worden.
Geen idee wat de volgende bestemming wordt. Daar ga ik me de komende dagen maar eens in verdiepen.

Hagel en Beton

Er is alleenoud communistisch staatshotel in Dej. Het is enorm groots opgezeten ziet erouderwets uit. Met moeite kan ik een personeelslid vinden. Een meisje komtergens achter een gordijn vandaan en kijkt me vragend aan. Ik ben weer eens de enige gast. De kamerisop de derde etage en ziet er prima uit. Prachtige vaalgroene vloerdekking en wat houten meubels.Ik heb zelfs een bakonnetje.De tevee doet het niet. Er is eenbad en douche.Dedouche weigert dienst. Zodra ik hem probeer aan te zetten brokkelt ereen blok cement af.

Dan volgt er een lange zoektocht naar een restaurant. Bij het hotel staat eengroot bord met restaurant. Het restaurant is er niet meer. Verderop heb ik nog een bord met hotel en restaurant gezien. Daar aangekomen is er wel een gebouw. Maar geen hotel en ook geen restaurant. Wel is er een groepje dames aan het volksdansen. Erg leuk maarik heb trek.Het enige restaurant dat open is is eigenlijk geen restaurant. Het is een terras waar je wat kan drinken en een stuk taart kan eten. Er schooieren drie jonge jochies rond die alle overgebleven restjes slagroom en taart met hun vieze zwarte handen van de tafeltjes weghalen.Als iemand een stoel naar een van de mannetjes smijt, terwijl ie met z'n kop in een vuilnisbak hangt, gaan ze weg.Uiteindelijk heb ik chips, chocoladetaart en bier op het balkon als avondeten. Het uitzicht is mooi. Maar waarom ze hier ooit zo'n kolossaal hotel neergezet hebbengaat er bij mij niet in.Het bier wel en de volgende ochtend fiets ik met een kater verder.

Deweg naar Vatra Dorneidoor de Karpatenhoudt halverwege op. Kapot gereden door de houthakkers.Ik moet verder metde trein. Als invalidekan je de trein hier beter negeren. M'n fiets moet een meteromhoog om de trein in te passen. Gelukkig heb ik op het perron vrienden gemaakt met een man en tweejongetjes. Die helpen me met de bagage de trein in. Ik sta in zo'n tussenstuk om m'n bagage in de gaten te houden. Het stinkt er naar pis.

In Vatra Dornei is zowaar een camping. Maar om de een of andere reden krijg ik een hutje voor de prijs van een camping plaats.Twee zwisters naast me hebben ook dat geluk. Ze zijn met de trein naar Roemenie gekomen, hebben hier een oude Dacia gekocht en scheuren het hele land door. Onderweg nemen ze alleen maar lifters mee en brengen ze oude omaatjes naar huis. Het bed in mijn cabana is zo verrot dat ik 's nachts met rugpijn wakker wordt. Ik slaap verder op de grond. Dat ligt stukken beter.

Ik maak een omweg door de Karpaten om ook nog wat cultuur mee te pakken. Dan heb je dat ook maar gehad.De weg isprachtig met veel bossen en uitzichten op 1100 meter over bergen en valleien.Ik bezoek twee kloosters die uit ietsvan 1600 resteren.Bij het klooster van Sucevita is net een dienst bezig. Het klooster is versierd metfresco's van buiten, en binnen is het net een middeleeuws tafereel. Het is van top tot teen volgeschilderd met bijbelse verhalen. Veel goudverf. Het ziet er kitscherig uit. Nonnetjes in het zwart met rozenkranzen in de hand zingen hallelujah eneen priester met langegrijze baard en met paars en goud versierde jurk brabbeltgebeden. Het heeft wel iets mysterieus. Maar na twee kloosters heb ik het wel gezien. Ze zien er eigenlijk allemaal hetzelfde uit.

Het is elke dag maar weer zien waar ik uitkom. De Limes route die ik lang gevolgd heb heb ikvaarwel gezegd. Nu ik toch in de buurt ben kan ik Moldavie niet zomaar voorbij laten gaan. En dus plan ik's ochtends welke weg ik ga nemen en zie wel waar ik uitkom en of je ergens kan slapen. Ik komdoor kleine bergdorpjesen rij over de slechtste wegen met alleen maar stenen en gaten berg op en -af. Heb het idee dat m'n fiets dat soms leuker vindt dan ik. Mensen zwaaien, kijken en roepen me na.Mooie valleien met herders en schapen. Kleine winkeltjes en barretjes waar 's ochtend al flink gezopen wordt. Paard en wagen staan voor de bar geparkeerd. Plastic 2 liter flessen Skol doen het hier goed.

Het wil de laatste dagen nog wel eens regenen. Het is heet en enorm benauwd. Als ik onder een kersenboom sta te schuilen voor een omweersbui komen er hagelstenen naar beneden die groter zijn dan de kersen die aan de boom hangen. Als het ophoudt met regenenfiets ik verder. Mensen zijn langs de kant van de weg bezigmet scheppen om geultjes te graven.In het volgende dorp vewacht ik wel een hotel of pension. Er is veel politie op straat. Een hele straatblijkt afgezet omdat ie ondergestroomd is door de zojuist gepasseerde omweersbui.. Erstaat zeker een halve meter water. Ik trek veel bekijks met mijn fiets en al snel ben ik een leukere attractie dan die straat die ondergelopen is met een halve meter water. Een van de agenten agent vindt dat ook en stopt met het omleiden van het verkeer. Hij spreekt een paar woorden engels. Net genoeg om de omstaanders te vertellen dat ik vanuit Nederland hierheen gefietst ben. Iedereen verklaart me voor gek, zo lijkt het. Op mijn beurt verklaar ik hen voor gek want het enige 1 ster Hotel van de stad hebben ze 'tijdelijk' gesloten.

Tien kilometer verderop vind ik een slaapplek langs de weg bij een motel. De fiets kan in het kantoorvan de benzinepomp.Normaal eten hebben ze er niet. Ik moet het met twee hamburgers doen. Er is niets te beleven. Maar de kamer ziet er perfect uit. Ontbijt de volgende ochtend bestaat uit een hamburger. Ik vraag me zowiezo af wat roemeens eten is. Het enige wat ik zie zijn fastfood, varkensvlees met slappe papat of pizza's. Dat is dan ook wat ik de laaste twee weken voornamelijk heb gegeten.Het gaat me bijzonder goed af!Gelukkig kun je wel bijnaoveral fruit halen dus krijg ik de nodige vitamines wel binnen. Kersen, veel kersen, perziken, grapefruitsen meloen.

Iasi is een leuke stad als je van grijs beton houdt. Al staan er ook wel wat mooie gebouwen en zijn er wel wat leuke terrasjes en winkels. Een beetje renoveren en verven zou wonderen doen.In het hostel is het de hele dag rustig, tot er 's nachts nog een paar Roemenen komen en uitgebreid tevee gaan kijken.

Vanaf hier morgen de grens met Moldavie over. Russisch is niet m'n beste taal maar dat zal wel goed komen. En vanuit Chisinau zie ik wel verder waar ik uitkom..

Puszta en Dacia

Na het passeren van de grens tussen Hongarije en Roemenie valt het eerst op dat de Lada's, Skoda's, Trabants en Wartburgs in de minderheid zijn. Hier heerst Dacia, de trots van Roemenie. Het meest geliefde model lijkt op de Renault 12, 25 jaar geleden nog in Nederland een hippe bak. De grensovergang zelfis slechts een formaliteit. Ik moet mijn paspoort voor het eerst laten zien maar daar blijft het bij. Ik mag verder over de snelweg. Maar aangezien het zondag is, is er geen hond op straat te bekennen.

Net was ik aan de Forint gewend ben en ik net dankjewel in het hongaars kan zeggen, begint het feest weer opnieuw, entel ik nu in Lei en zeg ik Multumesc.Roemeens is wel iets beter te volgen en menukaarten kun je soms redelijk ontcijferen. Zoniet dan kies ik iets uit en zie wel wat me voorgeschoteld wordt. Zo dacht ik laatst dat ik chinees te eten kreeg maar was het roemeense pot. Vooraf iets met Room en kaas, daarna aardappelpuree, rauwkorstsalade en natuurlijk vette worstjes. Cina blijkt avondeten te betekenen.

Een ander verschil is dat ik Hongarije een enorm schoon land vind. Genoeg mensen die met een bezempje de straten schoonhouden. Dat verschaft weer werk. Hier lijken de mensen niet al te beroerd hun lege flessen en troep langs de kant van de weg te dumpen.Waarschijnlijk hebben ze andere dingen aan hun hoofd en al hun tijd nodig om hun akkertje om te ploegen. Echt elk stukje land wordt benut voor graan en andere landbouwproducten. Welke andere weet ik niet maar het zijn vaak groene plantjes. En anders lopen er wel herders met grazende schapen. Iedereen lijkt op het land aan het werk te zijn. En alles gaat met de zeis, schop, hark, riek, paard en wagen. Waar een machine bij ons in een half uurtje klaar is doen ze hier drie dagen over met een paar man.

De Puzsta is Hongarije is enorm weids en vlak. Voor zover je kunt kijken zie je alleen boerderijen en akkerbouw. Vogels schijnen het hier ook goed te doen en ooievaars vliegener genoeg. Dorpjes met winkels zijn schaars. Met enige moeite vind ik een winkeltje waar ik een hamburger bestel bij een meisje met prachtige ogen. Ik denk dat ze zelf ook van hamburgers houdt. Veel hamburgers. De wind komt echter nog steeds uit het westen en het is dus heerlijk fietsen daar.Maar na een dag of vier wordt dat wel wat saai.Ik rij nog een halve dag met een andere nederlander tot aan de grens in Gyula. Valt op hoe makkelijk dat fietst met z'n tweeen. Voor ik het weet ben ik er. Een hele kleine camping in het centrum van een leuk gemoedelijk stadje, met uitzicht op een burcht, dit keer eens niet op een berg.

Ik neem een dag 'vrij' en doe een biotex wasje. Was nodig ook. Mijn broek is keihard van het zweet en is wit uitgeslagen. Mijn fiets wordt uit elkaar gehaald en schoongemaakt. Ik scheer mezelf maar weer eens eens want een baard is niets. Je hebt er alleen maar last van en de sinaasappelsap blijft in m'n snor plakken. Eneen van de voortassen wordt grondig uitgespoeld omdat de chocopasta niet meer in de pot blijkt te zitten maar zo ongeveer als chocolademelk over de hele binnenkant verspreid is. De mieren hebben het eerder ontdekt dan ik. Na al dat harde werken ga ik naar een thermisch zwemparadijs en lig ik tussen de oudjes, in hotel-badjas, in een bubbelbad. Het water is zo'n 38 graden en ziet eruit als of je in de coca cola ligt. Ik ben helemaal klaar voor Roemenie!

Campings heb je hier bijna niet en wildkamperen zie ik nog niet zo zitten. Maar een pension of een cabana (houten hutje, niet meer dan dat, met blaffende honden enpiepende vogels in de dakgoot) zijn er wel en zijn goed te betalen. Datis hier de hoogste kostenpost. Eten en drinken zijn goedkoop.

Het vlakke landschap is vervangen door bergen, met bossen, weilanden, boeren, riviertjes en af en toe een leuke klim. Kleine dorpjes waar kippen, ganzen, paarden en geiten en tot nu toe gelukkig normale hondenrondlopen.Dan weer10 km klimmen, om 12 uur 's middags. Het gaat me redelijk af. Het is niet al te steil.Het laaste wat je met doen is halverwege stoppen, dan ben je gezien. Gewoon rustig doortrappen en bovenop de pas genieten van het uitzicht.Per toeval hebben ze bovenop net een kiosk. Voor zover je daarvan kunt spreken. Een houten gebouwtje, een oud mannetje met een hoedbuiten op een bankje, binnen niets anders dan een tafel, een houtkacheltje een een oud vrouwtje die me eenlauwe pepsi verkoopt. Aan dat ene tafeltje een man die met glazige ogen troosteloos voor zich uit zit te staren en bier drinkt.

En iedereen kijkt je hier aan. Ik heb nekpijn van het knikken naar mensen langs de kant van de weg die me aanstaren. Soms roepen ze iets of zwaaien ze. Op de maandagochtend markt in gehucht Gurahont parkeer ik m'n fiets naast de bbq en neem ik worsten als ontbijt. Dat doet iedereen hier, zo lijkt en ze drinken allemaal bier. Daarnaast worden worden er allerhande houtengereedschappen verkocht, alles nog met de hand gemaakt. Verder nog wat mensen metmeel en groenten. Het is er druk en wel gezellig.Zodra ik het dorp verlaat haal ik menig paard en wagen in.

Maar zodra je zoals hier in Cluj bent lijkt alles weer normaal. Het is grote stadzoals vele andere. Mensen zien er weer hip uit en lopen telefonerend op straat. Er rijden BMW's en Mercedessen, Mc Donald en KFC zijn er ook. Ikheb mijn bivak midden in een studentenwijk opgeslagen in een alleraardigst pensionnetje. Alleen maar barretjes en cafe's, fastfood en internetshops hier.Prima om een dagje te relaxen en uit te slapen.De weg hierheen was minder prettig. De hele middagfiets ik over en wegmet kuilen en gaten. Daar komt nog eens bij dat de ene na de andere vrachtwagen met grind me inhaalt of tegoemoet komt. Als dit tegelijkertijd gebeurt is het helemaal feest. Elke keer probeer ik m'n adem in te houdenom te voorkomen dat ik eenhap zand en stof inslik of een enorme blauwe walm inadem. Maar op een gegeven moment moet je toch weer ademen, en dat is meestal net als de volgende eraankomt.Later zie ik dat ze eenniewe snelweg aan het bouwen zijn.

En voor ik in het centrum van de stad ben moetik nogtwaalf kilometer over een drukke snelweg. Ik heb mezelf al aangeleerd niet achterom te kijken. Je wijkt dan namelijk vande rechte lijn af. Gewoon lekkerlaten gaan en maarafwachten wat je komt inhalen.Ondertussen hoor je wel of het een auto, busje of vrachtwagen is.(Het wordt wal lastig als er op ineens een jongedame in groene bikini de bosje uit komtspringen in een gebied zonder dorpjes in de buurt. Zeroept iets - ze mist een paar tanden - maar ik versta er niets van en zwaaivrolijk terug. Dat maakte de hongaarse puszta weerwat minder saai.)

De eerstepaar kilometer van Cluj rij je langs afschuwelijke grijze flatgebouwen. Daarna wordt het wel aardig en blijkt dat het best een leuke stad is.Straks maar een op een terrasje zitten en een boekje lezen. Zokom ik hier de dag wel door.

Hongarije

In Hongarije ziet alles er toch net even anders uit. Waar in Oostenrijk alle gazonnetjes keurig gemaaid zijn en de huizen regelmatig een lik verf krijgen is dat hier net iets minder. Vaak zijn er geenfietspaden, laat staan voetpadenen valt er aande wegenzelf ook nog wel wat te verbeteren. Het is vaak net een lappendeken van aan elkaar geplakte stukjes asfalt.Aan de zijkanten vaak het ergst, en daar zitten ook de putten.Fietsen op de gewone weg is dan ook een stuk vermoeiender omdat je steeds moet opletten, zeker als er veel vrachtverkeer op de weg is. Toch heb ik het idee dat ze wel aardig rekening met me houden. Ik ga daar in ieder geval wel vanuit.

Verder valt op dat ze een taal spreken waar ik helemaal niets van versta. Alleen maar woorden met é,á,?,ú,?,ü,ö,ó. Het schijnt iets van fins weg te hebben maar daar heb ik niets aan. Ondertussen op de fiets een paar woordjes uit m'n hoofdgeleerd.Alstublieft en dankuwel. Kösönöm en kerem.Maar met duits kom je een aardig eind en hier in de stad sprekenze ook wel engels.in de kleine dorpjes kom je met gebarentaal ook een heel eind.

Vanuit Wenenfiets jelangs een recht fietspad van minimaal 20 km. Gaat dwars door een natuurgebied met bossen, velden en watertjes. Dan houdt Oostenrijk op en zit je in Slowakije. Over dat land zal ik het kort houden. Naar mijn idee het meest ideale land tot nog toe. Alleen maar zon, een goed fietspad, goedkoop bier en de wind in de rug. Na anderhalf uur blijk ik opeens in Hongarije te zitten. Een grensovergang of een bordje iser niet.

Op een camping kan ik nog met euro's betalen, want een pinautomaat heb ik nog niet gezien. Ik sta er met nog twee nederlanders die ik eerder ben tegengekomen. Dat is het. De campingbaas mormelt wat, sluit een hek en verlaat de camping. Er valt niets te beleven. De volgende camping is een stuk leuker. De campingbaas heeft koud bier, komt met zelfgestookte drank, z'n vrouw heeft nog goulash soep en die smaakt goed. De twee nederlanders staan er ook weer. Dit was de enige camping in de buurt op een dagafstand fietsen, dus dan heb je dat al snel. Dit laat ik me niet nog een keer gebeuren. De oude baasjeszijn wel aardig maar hun gesprekjes ben ik snel zat. De ijsclub, de een z'n vrouw in Canada,naar de ander zijn ze opweg in Servie, de voorbereiding etc. etc.De volgende ochtend vertrekkenze al vroeg dus draai ik me nog een keer om. Niet dat ik dan verder kan slapen want als ik me omdraai kom ik altijd met mijn slaapzak in de knoop. Maar ik komde mannenniet meer tegen.

Esztergom ligt al vrij snel op de route. Ik heb slechte benen en het is warm. Als iker doorheen zit en -rij zie ik links een prachtig plein met terrasjes en verderop een bordje met camping. De keuze issnel gemaakt. Omdat de goulash de vorige avond zo goed smaakte besluit ik dit weer te eten. En wederom is het een wereldmaal. Goed na een dagje fietsen. Ik zit nog even in een kroegje met wat alternatief publiek. Een Jimmi Hendrix lookalike en allemaal plantjes in vensterbanken. Er staat een grote teveewaar een live concert van ZZ top te bewonderen is. ik hou het al snel voor gezien en ga slapen. Wordt 's nachts opeens wakker met een opspelende maag en binnen twee minuten ligt de goulash naast de tent, nog bijna in perfecte staat. Gelukkig heb ik geen directe buren.

Fris en fruitig fiets ik de volgende dag al vroeg weg. Na frambozenjam en bosbessenjam heb ik dit keer een pot chocopasta gekocht en dat is weer eens een ander ontbijt, aan de Donau met aan de ene kant Hongarije enaan de overkant Slowakije. Ik fiets mijn eigen route want steeds op kaarten kijken werkt bij mij niet. Er staanwel af en toe bordjes van de Donau fietsroute dus als ik die zie volg ik die. En als ik ze niet zie volg ik gewoon de Donau. Het is benauwd met af en toe een buitjes. Langs de weg koop ik een zak kersen voor een prikkie bij een vrouwtje.

Metopvallend gemak fiets ik naar het centrum van Budapest. Voorzover ik kan beoordelen waar dat is. Ik heb geen flauw benulmaar ik wordtal snelgeholpen. Ikzit er nietver naast. Overeen brug van Buda naar Pest en hup daar is de tourist info. Gesloten opzaterdagmiddag.Na een halfuur fietsen en bedenken wat te doen ga ik een willekeurighotel binnen. Ik vraag wat het kostvoor drie nachtenen vindt het allang best. Geen camping, geen hostel, geen prut hotel maar drie dagen in hotel ***Swing. Een schot in de roos. Ik blijk op een perfecte lokatie te zitten, de kamer is prachtig, een echt bed, 's ochtends ontbijt, een echt kussen (wel vier als ik wil), eigen toillet, douche. Maar het belangrijkste, de fiets staat ergens binnen veilig in een gangetje en die hoef ik de komende dagen niet te gebruiken!

De stadbevalt tot nu toe zeer.Een overdaad aan mooie gebouwen, terassen, restaurants en café's. Alleen valt het weer vandaagtegen.Het regent veel. Aan de andere kant kan ik nu ongeneerd op m'n bed liggen, tennis kijken, slapen en dromen dat m'n baard net zo lang is als die van ZZ Top.